Jagen in dit gebied.

Renn knikte naar hem en liep zelf dan ook even weg, even later vond ze wat bladeren en ook mos. De bladeren waren van een omgevallen boom, die had het toch niet meer nodig dus dan konden zij het gebruiken. Renn kwam weer aanlopen met heel veel bladeren en ook wat mos dat legde ze mooi gescheiden van elkaar op de grond en zo wachte ze op Senn. Wat zou Fin- Kedinn zeggen als hij wist dat Renn eindelijk samen was gegaan met een jongen? Ergens wist ze dat hun leider altijd al een voorgevoel had dat ze met die ene Torak ging. Maar ze kende die jongen nog niet eens, ze had hem al eens ontmoet toen hij nog bij de Raven stam hoorde. Contact hadden ze toen niet gemaakt. Eigenlijk Senn kende ze ook nog niet echt goed genoeg maar tussen hen klikte het wel, dat was een groot verschil.
"Gaan we beginnen met het kamp op te slaan?" Renn keek hem even aan en zag dat hij heel wat houd had verzameld en op de grond legde. 'Wel ik denk dat dat het slimste wel is.' Zei ze droog tegen hem.

Senn grijnsde en zag al het mos en de bladeren. "Wat veel mos en bladeren, je hebt hier zeker heel het gebied af geplukt zeker", hij lachte en kwam naar Renn toe. Hij kuste haar zachtjes op de mond en hoorde dan wat ze zei. "Inderdaad, we zullen best maar beginnen", zei hij al mompelend toen de kus gedaan was. Senn nam de takken en het hout en legde het tegen een boom. Dan begonnen hij met een draad, die hij in zijn zak had zitten, de takken tegen elkaar te spannen. Tot er een groot dak onstond. Hij glimlachte en keek Renn enkele seconden in het gezicht aan. "Maak jij de ondergrond met het mos en zo?", vroeg hij en maakte dan de buitenkanten verder. Toen het kamp helemaal klaar was bewonderde hij hun werk. "Mooi hé", zei hij en nam Renn aan haar middel vast. Hij drukte een zoen op haar voorhoofd en keek dan verder naar hun knusse kamp.